De juiste spaaklengte (III)
Nadat de ERD is bepaald, gaan we verder met metingen aan de naaf.
We beginnen met de 'flange diameter', ook wel 'pitch circle diameter' genoemd en de 'spoke hole diameter'. De 'flange diameter' is de afstand in mm vanaf het midden van een
spaakgat in de flens tot het midden van het tegenoverliggende spaakgaat. De diameter van de linker en rechter flens zijn soms hetzelfde maar lang niet
altijd, zeker niet bij achternaven. Meet dus nauwkeurig beide flenzen, ok al lijken ze op het eerste gezicht even groot. De 'spoke hole diameter' is simpelweg de diameter van
een spaakgat, meestal zo'n 2,5 à 2,6 mm (zie foto hieronder rechts).
Hierna gaan we de 'flange distance' bepalen (ook wel 'distance to flange' genoemd).
Daarvoor bepalen we eerst de inbouwbreedte ('OLD' in de tekening hieroven). Deze is bij racenaven
doorgaans 130 mm (snelspanner) of 142 mm (steekas) en bij mountainbikenaven doorgaans 135 mm (snelspanner) of 142 mm of 148 mm (steekas). Zet de naaf vervolgens
recht tegen een vlakke
zijkant.
Meet vervolgens de afstand vanaf de zijkant waar de naaf tegen steunt tot het hart van de flens.
Stel deze waarde voor de rechterkant (body-kant) is 47 mm dan volgt -> 142 : 2 - 47 = 24. De 'flange distance right' is dan dus 24 ('W R' in de tekening hierboven).
Bepaal nu op dezelfde manier de 'flange distance left'.
|